Winkeliers ‘gestraft’ voor groei
Gat in TVL regeling
Winkeliers die in 2019 of begin 2020 hun bedrijf hebben uitgebreid met een of meer filialen, worden nu gestraft voor hun groei. Zij kunnen geen gebruik maken van de subsidieregeling Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL) en, in het verlengde daarvan, de toeslag Voorraad Gesloten Detailhandel (VGD). Mede doordat banken zeer terughoudend zijn in het verstrekken van kredieten leidt dit tot schrijnende situaties, volgens het Vakcentrum, de brancheorganisatie voor zelfstandig retailondernemers en franchisenemers. Het Vakcentrum roept het kabinet dan ook op voor deze groep ondernemende winkeliers met een oplossing te komen.
Het probleem ontstaat doordat, door de uitbreiding, er geen sprake lijkt te zijn van omzetverlies. Het verlies van de eerste winkel wordt ‘verstopt’ door de extra bijdrage van een filiaal. Terwijl ook de omzet van dat filiaal, door de lockdown nog eens achter blijft bij de verwachting. Daarbij stijgen wel de vaste lasten van de onderneming. De ondernemer moet immers ook de vaste lasten van de extra winkel(s) dragen en krijgt óf helemaal geen bijdragen uit TVL en VGD óf slechts maar voor één winkel.
Groeiers in de problemen
Overigens wijst het Vakcentrum erop dat de betreffende subsidie- regelingen op zich wel zijn verbeterd. De regelingen zijn voor meer ondernemingen toegankelijk geworden en de uitkeringen zijn gestegen. Ook voor starters wordt inmiddels gewerkt aan aanvullende steunmaatregelen.
Juist de mkb-winkeliers die hun bedrijf hebben uitgebreid, lijken vergeten. Door die uitbreiding en de extra kosten als gevolg daarvan, zijn die ondernemers nu in de problemen geraakt. Mede door een terughoudende opstelling van de banken, kampen zij nu al met liquiditeitsproblemen. Als niet tijdig extra steun komt voor deze groep moet gevreesd worden voor de werkgelegenheid en extra leegstand in winkelgebieden.
Oproep Vakcentrum
Het Vakcentrum pleit dan ook voor een aanpassing van de bestaande regeling. Indien dit niet mogelijk is, dient een aanvullende oplossing gezocht te worden zodat ook deze groep ondernemers met meer vertrouwen de toekomst tegemoet kan zien. Door het ontbreken van enige vorm van liquiditeit is dit helaas nu niet het geval.
De TVL/VGD regeling
De TVL/VGD regeling is gebaseerd op het omzetverlies van de onderneming. Hiertoe wordt de omzet volgens de BTW aangifte van het eerste kwartaal van 2021 (Q1 2021) vergeleken met de omzet van datzelfde kwartaal in 2019. Als dat verlies 30% of meer is, komt de ondernemer in aanmerking voor subsidie.
Een voorbeeld
Speelgoedwinkel De Hoepel heeft in Q1 2019 een omzet van € 200.000.
In de loop van 2019 wordt een extra filiaal geopend met een gemiddelde omzet van € 150.000 per kwartaal zodat de gemiddelde kwartaalomzet van de onderneming € 350.000 bedraagt.
Door de lockdown loopt de kwartaalomzet (Q1 2021) van beide filialen terug met 50%, naar € 175.000. De ondernemer moet deze omzet vergelijken met de omzet in Q1 2019 toen hij nog maar één winkel had.
Het resultaat is een omzetverlies van € 200.000 -/- € 175.000 = € 25.000.
Dat betekent een omzetverlies in procenten van 12,5%. De ondernemer komt niet in aanmerking voor TVL en VGD omdat de drempel van 30% niet is gehaald. Pas bij een omzetverlies van 60% haalt de ondernemer exact de drempel van 30% met als gevolg dat hij aanspraak maakt op het minimale subsidiebedrag.